Dat Wallonië een prachtige bestemming is voor de gravelbiker, is nog te weinig bekend. Daarom heeft Visit Wallonie de GR2 ontwikkeld: 14 lusvormige langeafstandsgravelroutes die Wallonië doorkruisen. Wij proefden van een van de ‘Grande Boucles’ op onze e-gravelbikes en waren onder de indruk van de rijke verscheidenheid aan landschappen.
De gravelbike is een blijver, en dat hebben ze ook in Wallonië goed begrepen. Visit Wallonie sprong op de gravelkar en kwam met 14 zorgvuldig uitgestippelde langeafstandsgravelroutes, verspreid over heel Wallonië. Je vindt ze allemaal terug op https://visitwallonia.be/nl.
Dit zijn niet zomaar paadjes met een laagje grind, maar routes die je het echte Wallonië laten zien, in al zijn verscheidenheid. Dit deel van ons land laat zich niet in een hokje duwen, en dat geldt ook voor zijn gravelroutes. Om kennis te maken, pikten we er één uit: de GR² – Grande Boucle Liégeoise, entre industrie et nature. Onze metgezel op onze tocht is de e-gravelbike. Ideaal, want niet alleen is-ie geschikt voor alle terreinen, dankzij de elektrische ondersteuning worden langere afstanden en steilere hellingen ook ineens een stuk toegankelijker.
Cocktail van contrasten
De GR2 staat voor Grandes Randonnées GRavel en refereert natuurlijk aan het bekende netwerk van onze wandelvrienden. De GR2 is opgedeeld in 8 stevige lussen door het landschap. En stevig is deze lus zeker, want met 235 kilometer aan gravelwegen, bospaden, grindpaden – soms net breed genoeg voor een fiets – en verlaten spoorlijnen trekt ze dwars door Wallonië.
De tocht vertrekt in Noville-les-Bois, een dorpje ten noorden van Namen, en voert je richting Luik en Huy. Onderweg krijg je een cocktail van contrasten voorgeschoteld: van stoffige fabrieksterreinen tot verborgen stukjes natuur, van oude mijnsites tot grindwegen die zich een weg banen door het groen. Je passeert slaperige gehuchten en authentieke dorpjes waar het leven zich nog rond het dorpscafé afspeelt. Een heerlijke mix van ruig en charmant. En met 235 kilometer ook een stevig avontuur. Dat is net iets te veel van het goede, daarom houden wij het bij een voorproefje: de eerste 60 kilometer. Daarbij schuren we flink tegen de taalgrens aan, met hier en daar een korte sprong naar Vlaanderen.
Vierkantshoeves a volonté
Het startpunt in Noville-les-Bois ligt aan de sporthal. Niet bepaald een plek die tot de verbeelding spreekt, maar goed, we zijn hier om te fietsen. Na een tweetal kilometer krijgen we meteen modderstroken voorgeschoteld. Wallonië laat er geen gras over groeien. We navigeren met het GPX-bestand dat we hebben gedownload op de website van Visit Wallonie. Pijltjes zie ik voorlopig niet, maar dat kan ook aan mij liggen. Als snel laten de bebouwde kom achter ons en passeren de eerste van vele vierkantshoeves. De streek ligt werkelijk bezaaid met deze imposante bouwwerken.
De gravelroute doet wat ze belooft. Van de eerste 5 kilometer liggen er een dikke 3 in een autovrije zone. En we hebben vandaag geluk: de zon schijnt. De ondergrond is helaas nog doorweekt als gevolg de vele regen. Hier en daar is het maar net rijdbaar, en dat wordt de volgende kilometers alleen maar erger. We schieten grotendeels door velden. Op de drassige boerenwegels zijn banden met een goed profiel echt een must. Korte stukken beton tussen kleine woonwijken worden afgewisseld met brede fiets- en wandelpaden tussen de velden. Na 9 kilometer steken we de grens tussen de provincies Namen en Luik over. De versnelling begint wat te kraken, het zand doet zijn werk. Maar dit is gravel, het hoort erbij.
Perfecte gravelstrook
Het blijft me verbazen dat er zo dicht bij huis zoveel pracht te vinden is. Niets dan velden die zich eindeloos uitstrekken en wegen die smeken om verder te trappen. We passeren Acosse, Avin, Moxhe, Lens-Saint-Remy, Lens-Saint-Servais … dorpjes waarvan ik nog nooit van had gehoord, elk met zijn eigen pittoreske kerktoren en robuuste vierkantshoeves. Over een perfecte gravelstrook volgen we de Geer, een rustig riviertje dat ons begeleidt tot aan een bos gewijd aan Hubertus, de patroonheilige van de jacht. We rijden kilometerslang over autovrije paden, waar we een stuk van het wandelpad van de Geer volgen. Even verderop passeren we Hesbaye Frost, waar groenten zoals erwten, bonen en spinazie de vriescel in gaan. Geen toeval, want we rijden dwars door de Hesbaye, een regio die bekendstaat om haar uitgestrekte akkers, golvende velden en rijke landbouwtraditie. Deze streek, die zich uitstrekt over Waals en Vlaams grondgebied, wordt niet voor niets de graanschuur van België genoemd. De leemgrond hier is bijzonder vruchtbaar.
Voorproever die smaakt naar meer
Het landschap begint stilaan te golven, een voorbode van wat nog komt. We rijden richting Tongeren, maar zover zijn we nog lang niet. De ondergrond verandert constant, van steenslag naar gravel, van zachte modder terug naar verharde paden. Hier en daar duiken we even de bebouwde kom in, maar altijd maar kort. Dit parcours verveelt geen seconde. Ook voorbij Waremme, waar we onder de E40 doorschieten, blijven we onze vriend de Geer volgen, soms rakelings langs de oevers. Na een kilometer of 50 wippen we in het dorpje Lauw even Vlaanderen binnen.
Wat verder, in Vreren onder Tongeren, schiet de route naar beneden richting Wallonië. Het is een felle, korte afdaling, die meer klimwerk aankondigt. Net voor we onze rit afronden, passeren we nog een stukje geschiedenis. Enkele grafheuvels, tumuli uit de late bronstijd en vroege ijzertijd, die ons eraan herinneren dat deze wegen al millennia door reizigers worden gebruikt. Hier stoppen wij. De echte beproevingen beginnen verderop, waar de klimmetjes veel steviger worden en de paden ruwer.
Als de rest van deze route en de andere gravelroutes die Visit Wallonie aanbiedt even goed uitgewerkt zijn als deze, dan kan ik ze alleen maar aanraden. Wie houdt van ruwe, afwisselende gravelroutes zal niet op zijn honger blijven zitten. Dit is geen opgewarmd wielerparcours, maar een route op maat van de gravelaar. De paden zijn goed, de variatie zit juist, en het landschap blijft je verrassen. Kortom, deze voorproever smaakt naar meer.







